Infiltratie regenwater berekening
Er zijn diverse mogelijkheden om regenwater op te vangen, zoals hieronder beschreven bij de oplossingen. Een regenwaterinfiltratie systeem is een goede keuze wanneer u regenwater geleidelijk wilt afvoeren via de grond. Het opslaan van regenwater in een ondergrondse tank voor hergebruik tijdens droogte is ook een optie.
Met het aanleggen van een infiltratiesysteem moet u de benodigde capaciteit berekenen. Hierbij is het raadzaam om rekening te houden met de volgende punten. Door deze stappen te volgen, kunt u de juiste infiltratiecapaciteit berekenen. Voor advies op maat kunt u contact opnemen via ons formulier.
Voor we ons stappenplan doorlopen, leggen we kort uit hoe infiltratiekratten werken.
Infiltratiekratten aanleggen
1. Bij regen loopt het water via de dakgoot en regenpijp naar beneden. Vaak is de regenpijp aangesloten op het rioolsysteem.
2. Door het afkoppelen van regenwater en aan te sluiten op infiltratiekratten kan het water geleidelijk terug de grond in.
3. Om verstopping te voorkomen, is het belangrijk om gebruik te maken van een bladscheider, zandvangput en ontluchter. De bladscheider haalt bladeren en groter vuil uit het water en voorkomt verstopping. De zandvangput voorkomt dat zand en andere gronddeeltjes het infiltratiesysteem bereiken. En de ontluchter zorgt ervoor dat lucht kan ontsnappen uit het systeem.
4. Het schone hemelwater stroomt via buizen het infiltratiekrat in en wordt geleidelijk afgegeven aan de bodem. Het is daarbij belangrijk om geotextiel te gebruiken. Dit is een waterdoorlatend doek dat om het infiltratiekrat heen wordt geplaatst, om verstoppingen en wortelgroei in het systeem te voorkomen.
Nu u meer inzicht heeft in het werken van infiltratiekratten, kunt u aan de slag met het installeren van een infiltratiebox.
Infiltratiekratten installeren
Bij het installeren van een infiltratiekrat begint u met het graven van een gat op de gekozen locatie waarbij de grootte afhangt van de benodigde infiltratiecapaciteit. Zorg ervoor dat u rondom het krattenveld genoeg ruimte overlaat van ongeveer 50 tot 80 cm zodat u voldoende bewegingsruimte heeft voor het aansluiten van leidingen of het inpakken van de kratten met geotextiel. Graaf de kratten een halve meter onder het maaiveld voor optimale infiltratie en houdt daarbij de Gemiddelde Hoogste Grondwaterstand (GHG) aan.
Bergings eis gemeente
Sommige gemeenten hebben een minimale berging seis voor nieuwe gebouwen, bijvoorbeeld 20 millimeter per vierkante meter aangesloten verhard oppervlak in de gemeente Zwolle, of 4.5 millimeter per vierkante meter voor gebouwen op industrieterrein Hessenpoort. Als u de minimale berging seis niet weet, kunt u 30 mm per vierkante meter als uitgangspunt nemen.
K-waarde
De K-waarde bepaalt de waterdoorlatendheid van de bodem en speelt een belangrijke rol bij het infiltreren van regenwater. Zandgrond heeft meestal een hoge K-waarde en klei- of leemgrond een lagere. Om de K-waarde van de bodem te achterhalen, graaft u een gat van 30 bij 30 cm en 30 cm diep. U vult het gat met water en laat het een paar uur staan zodat de bodem vochtig wordt. Daarna vult u het gat opnieuw met water en meet hoe lang het duurt voordat het water volledig in de bodem is weggezakt.
Voor de berekening van de minimale grootte en het aantal infiltratiekratten dat u nodig heeft, is de K-waarde belangrijk. Stel dat het bijvoorbeeld 42 minuten duurt voordat het water is opgenomen door de bodem, dan past u de volgende formule toe: 0,75 uur x 3 = 2,25. Vervolgens deelt u 24 uur door dit getal, dus: 24 / 2,25 = 10,6. Dit betekent dat het infiltratiekrat minstens 10 keer per 24 uur kan leeglopen. Bij een K-waarde van 1 kan het infiltratiekrat slechts 1 keer per 24 uur leeglopen. Met deze gegevens kunt u het formaat en aantal benodigde infiltratiekratten bepalen.